Afwijkend uitstrijkje

Het uitstrijkje van de baarmoederhals wordt afgenomen als screening naar baarmoederhalskanker. Hierbij worden cellen van de baarmoederhals microscopisch beoordeeld en kan kan worden nagegaan of het humaan papillomavirus (HPV) aanwezig is. Dit is het virus dat baarmoederhalskanker kan veroorzaken. 
Het tijdig opsporen van afwijkingen door uitstrijkjes (om de drie jaar bij vrouwen tussen 25 en 64 jaar), nauwe opvolging bij afwijkingen en zorgvuldige behandeling kan in de praktijk de ontwikkeling van baarmoederhalskanker voorkomen. Klachten van tussentijds bloedverlies tussen de regels in, bloederig vaginaal verlies of bloederige afscheiding na seks kunnen een reden zijn om een extra uitstrijkje te maken.
Wanneer het uitstrijkje van de baarmoederhals afwijkend is, kan een bijkomend vergrotingsonderzoek (colposcopie) worden uitgevoerd. Hierbij wordt met kleurstof en een
microscoop naar de baarmoederhals gekeken en kunnen biopsies van de baarmoederhals
worden afgenomen.  Dit is pijnloos en gebeurt op de raadpleging, en levert duidelijke informatie op over de aard en ernst van afwijking. Afhankelijk van het resultaat van deze biopsies, kan een therapie volgen zoals o.a. een conisatie, waarbij een kegelvormig stukje van de baarmoederhals verwijderd wordt. Opvolging hierna blijft uiteraard noodzakelijk.
 

Meer info vind je in de brochure van het vvog.